De Me-Too discussie heeft geleid tot een hernieuwde belangstelling voor slachtoffers van zeden zaken en daarmee ook tot meer interesse voor de zedenwetgeving in het algemeen. De vraag of bepaald seksueel(getint) gedrag bestraft behoort te worden, kan niet los worden gezien van de vraag aan welke delictsomschrijving het gedrag mogelijk voldoet. In eerste instantie is het aan het openbaar ministerie om te beoordelen welk gedrag aan de strafrechter moet worden voorgelegd. Of het vervolgens daadwerkelijk tot een veroodeling komt, hangt af van de interpretatie van de bestanddelen van het tenlastegelegde zedendelict. Bestanddelen zoals ‘dwang’, ‘ontucht’ en ‘seksueel binnendringen’ vinden we terug in verschillende zedendelicten. In deze cursus wordt stilgestaan bij de wijze waarop de strafrechter deze bestanddelen uitlegt.
- MeToo-discussie: de opkomende belangstelling van het slachtoffer;
- geschiedenis van de zedenwetgeving;
- wanneer is gedrag ‘ontucht’?
- de uitleg van het bestanddeel ‘dwang’
- wanneer is sprake van ‘seksueel binnendringen’?
- slotsom: biedt het Wetboek van Strafrecht voldoende bescherming tegen (ongewenst) seksueel gedrag?
Reviews over cursussen van Nemesis Opleidingen
Wat vonden uw vakgenoten?